Translate

zondag 31 mei 2015

de bal en de man

Voetbal dacht ik. daar ga ik een voorstelling over maken. dat was 1985-1986: 'de woede in de kop van de doelman'

Jan Mulder deed op verzoek van Adri en ik een tekst. Ik de rest. Met 'Pastorius' op gitaar deed ik een hele wedstrijd maar dan solo, tussendoor steeds filmfragmenten van een vreemde gepassioneerde man die in het holst van de nacht in het Olympisch Stadion Amsterdam op het veld en in de catacomben oefeningen deed. We zien hem met een piepende en oude fiets het stadion binnenrijden. Een soort nachtmerrie-achtige wedstrijd: de doelman, een gevecht met zichzelf. Een blinde trainer komt voorbij (Adri), een papegaai die op de doellat aanmoedigingen roept en wijst met zijn blindenstok, een kleine man in pak die een orgel in het doel draait en een boenmevrouw, die de lijnen op het veld uitwist. In de catacomben ziet de doelman zichzelf in de trofee vitrine met een foto van het hele elftal: het blijken allemaal klonen te zijn van zichzelf. Terug op het veld, draait een blij kind steeds maar weer op de middenstip van het veld rondjes en zien we de doelman verdwaasd het doel op rennen. Gevangen en verwrongen in zijn eigen gedachten. Elke voorstelling viel ik zeker 5 kilo af.                                                       De fotos van het elftal en doelman zijn van Cobi Golterman; de film van Ruud Monster.

Topsport, een verdwazing en een alsmaar herhalende narcistische show. Maar wat een choreografie van lijnen en van ruimte: wekenlang heb ik research gedaan, bezocht menige wedstrijd. Ik genoot ondanks de vele slogans, waves, bierademende supporters, gedrang. Ik liet me platdrukken, me meevoeren met de ongelooflijke energie van een gevuld stadion. Ik liet me platdrukken, me meevoeren met de ongelooflijke energie van een gevuld stadion. Van Studio Sport en van vele krantenknipsels leende ik beelden en monteerde-smeedde deze zorgvuldig met regie en geestesoog van Adri om tot een eigen wedstrijd op de theatervloer. Het waren er zeker 150.
We bouwden een koorddans-installatie onder de (schuinoplopende) vloer en we zien dan op het laatst de doelman capriolen uithalen om in zijn doel (op het koord) de bal aan een touw en katrol gecontroleerd tegen te houden voor de foto met een zelfontspanner. Wow, wat een wedstrijd. De productie viel onder stichting Uppercut, de eerste sinds ik onafhankelijk van Het Veem Theater mijn voorstellingswerk voortzette. 'De woede in de kop van de doelman' speelde - ongekend - 3 seizoenen lang op festivals en ongeveer overal waar we konden spelen in Nederland. Was het dans, was het mime? Het was fysiek theater met een grote stilering maar ook met een grote uitputting en zeggingskracht. Een grotesk modern ballet met een verdwaasde gekte.

fragment werkverhaal: 


'Ik was daar achter in het veld alleen maar aan het staan. En ik dut een beetje in. Ik wil naar de bal toe, en dus zie ik mezelf naar voren toe lopen, het doel uit. Ik voel me net een flipperkast. Het balletje rolt en rolt en rolt naar me toe, vanzelf. En ik ren alle spelers voorbij en laat ze ver achter me. Ze blijven daar als vastgenageld staan. Oh, wat een gevoel, wat een snelheid. En het publiek, dat staat te juichen. Voor mij, voor mij. en dan kom ik bij dat doel. Ik neem de bal op mijn slof. De doelman is al weggelopen, zeker bang voor mijn keiharde schot. En alles staat dan stil... Als kleine jongen had ik zo'n droom - Ik stond daar op het grote veld. En ik rende naar de bal toe. En mijn vader komt eraan en vloekt omdat ik in mijn eigen doel had gescoord.'

Behangplaksel of behangselplak

Zelf heb ik Adri al lang niet gezien. Dank Adri voor die tijd.
Ik zie hem nog voor me in die dagen van mimetheater Termiek. We gingen zelf posters plakken en hij droeg voor 'Falaffel' (de 2e productie na 'Tafel In Kwint') de plastic zak met behanglijm en ik de A-2 affiches. Dwars door Amsterdam -we waren al een eind door de zeker 250 affiches heen - liepen we op de Rozengracht. En daar stonden van die prachtige lantaarnpalen met brede onderkanten in het zicht van alle passanten aan de kant van de kerk. Hij smeerde, ik keek. Want strikt verboden en de politie was niet bepaald vriendelijk in die dagen. Ik keek en zie zo die VW politie kever aan de overkant passeren en een U-turn maken over de tramrails. Ik roep en laat alles vallen en ren als een gek. Adri niet - stug blijft hij nog even smeren, hij hoorde het wel maar mompelde 'even afmaken, zo gebeurd.' Het affiche hing netjes gesmeerd en gestreken op de onderkant van de lantaarnpaal en Adri hing ook. Hij smeerde hem iets te laat, trok wel nog zijn jasje uit en kuierde doodgemoedereerd door op het plein. De zak behangplaksel bleef achter bij de lantaarnpaal waar hij net zijn werkstuk had afgemaakt.
De politiewagen stopte op de stoep en de agent draaide zijn raampje open en riep. Adri hoorde roepen en liep met jasje uit nonchalant over de schouder heen nietsvermoedende wandelaar te spelen maar dacht in schuldige argeloosheid op het wenken toch maar even op de politiekever af te lopen. 'U was aan het plakken zagen wij?' Waarop hij antwoordde: 'Wie ik? - neuh, ik wandel hier.' En maakte toen zijn beroemde werktuiglijke gebaar. Adri heeft grote handen. De plak zat er nog dik op en droop nog na van het diksmeren werkstuk op de lantaarnpaal. 1 hand hield zijn jasje vast aan het lusje dat over zijn schouder hing, de ander ging naar zijn neus.  'Wat is dat op uw handen?' vroeg de agent. 'Oh, ja, euheh, ik ben verkouden....' Later kuierde ik vanachter de Westertoren terug om te zien waar hij was. Het gesprek met de dienstdoende agenten heb ik hier gereconstrueerd. Er kwam een VW politie wagen aanrijden; zodra ze me hadden gespot, stopten ze opnieuw en even later zaten we samen gebroederlijk op de achterbank van de VW kever. De affiches en de plak met stoffer voor het smeren op onze schoot. Bewijsmateriaal. We werden geïnterviewd op de beruchte Warmoestraat en moesten naam en adres opgeven. Met stalen gezichten zeiden we beurtelings: Peter Faber, Adriaan Adriaansen (beroemd clownesk duo in die tijd) en mochten met achterlating van plaksel en affiches, en een reçu heen gaan.

incredible bounce

Gewoon een rood rubber balletje.
Jongleren kan ook, maar dan heb je er meer nodig. Van het 'Apple Circus' in New York leerde ik wat jongleren, en dacht: met 1 gaat het ook! Mijn vrienden van de middelbare school gingen allemaal, zo was de tijd, sociale academie doen in Den Haag, ik wilde Amsterdam en Neerlandistiek studeren.
We hielden elkaar nog steeds bij en toen ik mimetheater deed, wilde mijn beste vriend destijds dat ik in het wijkcentrum iets met kinderen deed. Lesgeven dacht ik, hoezo en euhh... Ik maakte een korte solo met 1 bal. De bal verplaatste zich op mijn lichaam van punt naar punt zonder dat ik hem met handen aanraakte. De bal markeerde eigenlijk de scharnierpunten waar ik omheen bewoog, en maakte een aangepaste beweging nodig als je voortbewoog. Het rode rubber balletje bleef je met je aandacht volgen, ik kon er met enige oefening alles mee.

Als ie braaf was


Hij bleef op mijn oorschelp liggen, rolde zachtjes en beheerst naar mijn schouder, waar ik 'em dan weer met mijn hoofd vastzette en dan manoeuvreerde ik net zo lang totdat ie onder mijn kin zat en dan in mijn mond verdween om dan tussen mijn tanden tussen mijn knieën te komen waardoor ik als een huppeltutje met kokerrok enigszins gemankeerd vooruit liep. Dan natuurlijk verder naar mijn voeten, waar ook een oude man loop met kleine sloffende pasjes tevoorschijn kwam. Met enige moeite lukte het dan ook om 't balletje zo op 1 versleten gymschoenneus te krijgen, omhoog te gooien en tussen mijn oksel aan de rechterkant te vangen en dan door naar mijn nek via borstbeen en halve kiep beweging naar achteren toe.
Als ie braaf was bleef ie echt - ongelooflijk - in mijn nekplooi hangen, rolde via aangespannen rugspieren langs ruggengraat zo mijn openstaande broekband in.
De kinderen vonden dat moment helemaal geweldig en op mijn vragende onnozele blik waar die bal nu toch weer gebleven was, bleven ze maar enthousiast 'achter je, achter je' roepen.
Er was nog meer: met elke stuiter kon ik ook een knik of bounce beweging maken in welk lichaamsdeel ook totdat ie dan natuurlijk onverwachts hoog in de lucht stuiterde en bovenop mijn vilten hoed viel en een kuiltje voor zichzelf maakte als een gehaktbal in het kuiltje met jus van de stamppot.
Er was ook een heel verhaal. Dat verhaal gebruikte ik voor de les, waarmee ik honderden kinderen de hele middag liet stuiteren en gillen en zich van 5 tot 12 jaar in allerlei bochten liet wringen. Tijdens de solo opening deelde ik eerst al die ballen uit; met de absoluut overtuigende aanwijzing dat ze de bal heel goed moesten vasthouden en niet los mochten laten. Nooit was er een die zijn of haar bal losliet, de aandacht was helemaal op de voorstelling gericht. Alleen daarna, ja daarna, was het feest. Ik ben ze ook allemaal kwijtgeraakt op die dag. Maar wat een plezier.

op stille momenten 

De bal is een speciale vriend.  In je zak houdt je de bal vast om maar ergens houvast aan te hebben. Zoals je ook wel eens een gevonden mooie steen als jouw geheim en kleinood in je hand houdt. Het is eigenlijk een hele goeie vriend die je met je meedraagt. Het balletje is rood, maar niet altijd. Om je aan het lachen te krijgen verandert hij weleens van kleur. Het balvriendje heeft altijd goede zin, en wil eigenlijk best naar buiten om te stuiteren, maar ja dat kan niet altijd en als je het overal toch gaat proberen, ben je je bal natuurlijk gauw kwijt. En het is toch echt jouw vriend en jouw geheim. Je moet er vooral op stille momenten in knijpen, dat stelt gerust. Als je zenuwachtig bent, of als je het even niet meer ziet zitten of als iemand kwaad op je is omdat je iets vergeten bent, of als er niemand met je wil spelen. Ja dan, dan is het goed die bal dicht bij je hebben. 
Even vlug tevoorschijn halen als het kan is heel spannend of gauw een keer in je andere zak stoppen zonder dat iemand het in de gaten krijgt. De stuiterwens is altijd groot en je moet ook weleens heel erg je best doen om die stuiter tegen te houden. Dan gaat het stuiteren als vanzelf in je lijf over en stuiter-huppel je zo onderweg naar school of naar boodschappen doen of naar huis.  Het gebeurt soms zomaar terwijl je op visite bent en er een verjaardag wordt gevierd. Stuiteren kan je ook eerst klein doen en dan steeds wat meer zodat je wel hoger dan je eigen lengte omhoog stuitert. Rollen doet je bal vriend heel graag, en als 't eenmaal begint terwijl ie nog in je hand in je zak zit, dan duikel je al voorover voordat je er erg in hebt. Bij de tandarts als je lang moet wachten en je zenuwachtig bent voor wat er moet gebeuren, rolt de bal heen en weer van hand naar hand, en zo heb je een beetje troost en afleiding. Maar pas op voor de systemen, die systemen die wonen voorbij de andere mensen en die zeggen je hoe en wat en dit en dat en voor je het weet heet je ook systemen. Voor dat je het weet is je vriend ervan door en kan je nooit meer stuiteren en rollen en lekker knijpen met je hand in het rubber. Voor je het weet moet je netjes rechtop en niet meer buigen en knikken, niet meer draaien en kaatsen en huppelen, niet meer trillen en tollen en dollen en opzijrollen. Voor dat je het weet is je geheime plek weg en kan je niet meer fantaseren. Beter dus dichtbij je houden. Erop staan en wiebelen, op je oor leggen en heel stil staan met een schuin hoofd  en dan de zee horen ruisen.

terug in de tijd

Het balvriendje was het begin van lesgeven of kunsteducatie. Aan het eind van mijn studie dans en mime aan de Theaterschool Amsterdam begon ik met lesgeven - dat had ik op zich helemaal niet op mijn lijstje staan. 
Ik kwam zo van uit de studie Neerlandistiek Universiteit van Amsterdam de mime-school binnenlopen en het ging juist over het uitvoerende vak. Ik was eerst bij Koert Stuyf beland door de moderne danseres die ik in het grote kraakpand van K 65 op de Keizersgracht tegenkwam. Ik kraakte dat het een lust was. Daar hadden we ruimte! 
Toen Frits Spits de grootse kraak versloeg voor de radio, kwam ik terug naar het pand en daar hielden we die middag ballotage voor aspirant woningzoekenden die zich wilden aansluiten bij onze kraakgemeenschap daar.
De jonge vrouw die we unaniem aannamen was op klompen, sprak Amerikaans met wat zinnen Nederlands, en droeg een gele poncho. Later zag ik haar dansen in de gang. Nooit had ik zoiets gezien. Ik smolt en was helemaal verkocht. En zo belandde ik een half jaar later bij Koert Stuyf en Ellen Edinoff op les, kocht daartoe op de Albert Cuypmarkt een goedkoop dun maillootje en vond toen uit op de dansvloer met allemaal klein van stuk meiden die daar al lang kwamen, dat die maillot wel erg doorschijnend was. Ellen Edinoff legde me in een knoop waar ik nauwelijks uit kon komen. Theater en Moderne dans was voor mij volstrekt nieuw.
We begonnen later een eigen studio voor dans en mime en 1 van de producties heette 'The Incredible Bounce'(1979), dat ik op basis van de ballenman  solo met Mark Kingsford verder ontwikkelde.

Tekenaar Nico Rolle maakte een impressie voor de Telegraaf bij het artikel van 23 september 1973 over de krakersgemeenschap in RK Johannes de Deo ziekenhuis op Keizersgracht 65. Hierboven de tekening van mijn verbouwde kamer.


vrijdag 15 mei 2015

de mompelende man


De mompelende man 

De mompelende man heeft een continue brom - ruis - geluid. Overal waar hij loopt - gaat, hoor je een aan elkaar breien van klanken als een rode draad door zijn verhaal. Wat hij zegt is niet echt ter zake, de boodschap zit in de aaneenrijging en verbondenheid. Met de klanken lijkt zijn directe omgeving te verkleven, zijn fiets plakt van de mompels en ook zijn voetsporen lichten lichtjes op door de vele pulserende lusjes. De mompelende man is een beeld, maar ook een muziekstuk, dat de tijd vooruit stuwt en de plekken doordrenkt met een kabbelend stromen. Je ziet hem één worden met de chauffeur in de 40jaar oude gebutste Renault 4 tijdens een motregenbuitje onderweg. Snelheid 2 van de lawaaierige ruitenwissers staat ingeschakeld terwijl hij hardopdenkend met gesloten mond de namen en personen opnoemt die hij straks bij de inhuldiging van het beeldje op het dorpsplein dank je wel gaat toevoegen voor de steun en de vriendschap. Als hij het plein oploopt horen we zijn mompels samenvallen met het fladderen van zijn broekspijpen en het piepen van zijn verschoten afgetrapte gymschoenen. Mompelen wat is dat? Mompelliedje van de fabeltjeskrant of meer als Kurt Schwitters? We kennen natuurlijk allemaal R.E.M. Michael Stide - hij geeft commentaar op zijn nu eeuwige mompelende man status.
Zelf doe ik dat met hardopgedachten en ook blog: ik rijg. Ik rijg de woorden aan elkaar en door de lange zinnen die ik creëer ontstaat er een enigszins poëtische muzikaliteit in mijn woorden opeenstapeling, hier en daar probeer ik wat bij te sturen, maar vind onderweg ook weer associaties en nieuwe openingen en zijpaden uit, zodat er - gelet op de woordenstroom - de ritmiek meer leidend is dan de betekenis, tenminste als je enigszins toch wel gevoel voor de context hebt waarin je je begeeft als je überhaupt begint met spreken en de zinnen lang niet altijd zinvol uit je mond komen en zelfs haperen, maar dat is dan natuurlijk ook de charme, zeg maar, dat het op dat moment alliteraties of bokkensprongen begint te vertonen en daardoor je gehoor naar voren laat leunen om maar niets te missen hoe deze zin dan weer eindigt. Allerlei prikkels, laadjes gaan open en dicht en willen met hun informatie meedoen, wie ben ik om dat tegen te gaan. ben ik dan echt een ontkend ADHDer of dyslex.?

2 stemmig

Van het hotel café Americain was een van de kelners (gérant eigenlijk daar)in de jaren 70 een begrip. Hij was al enigszins op leeftijd, was geheel vergroeid met zijn routine en bracht zeer vertrouwd jarenlang koffie en gebak en een bijpassend likeurtje als daar om werd gevraagd. Veel bezoekers bestonden op zijn werkuren uit dames op leeftijd die in stijl met elkaar gingen roddelen onder het genot van iets lekkers. vooral ook om passanten, kennissen, en andere bezoekers van het café een oog uit te draaien. Krioelend en giechelend ondanks hun leeftijd konden zij zich zeer vermaken. De gérant stoorde zich er niet aan, hij had een onberispelijke vorm en stijl. Hij had echter wel een merkwaardige gewoonte ontwikkeld en kon zijn commentaar op zijn klanten niet meer binnen houden. Normaal gesproken houden we wat we denken voor onszelf. Bij hem was het aan de oppervlakte gekomen, dat wat hij zei was weliswaar in een soort van andere stembuiging alsof er 2 stemmen in 1 lichaam zaten, maar toch duidelijk verstaanbaar. Op elke bestelling kreeg de oudere dameskrans dan na de 1e stem 'Jawel mevrouw, natuurlijk' er met de 2e stem bij toegevoegd, 'Ouwe zeur, alweer dat zelfde permanentje' en 'Kan het er nog bij' en 'Moeten we niet een beetje aan de lijn doen?'. 'oh-Wat fijn, een borreltje - komen we dan nog wel thuis?'

Stroopwafel


Lang geleden woonde ik op de Jacob van Lennepkade. Ik geloof dat hij Paul heette en hij speelde piano. Hij kwam uit London - was daar muziek aan het studeren, en we boden hem onderdak. Hij was helemaal verzot op stroopwafels.
Paul kende beslist geen Nederlands. We stuurden hem naar de avondwinkel op JP Heije, toen toevluchtsoord voor late werkers en altijd buiten winkeltijden open. Ik deed hem voor hoe hij 

                                                                                                                                  s t r o o p w a f e l 

uitsprak, verschillende keren heel nadrukkelijk en langzaam en elke keer de klanken opnieuw langgerekt zodat het aaneengeregen als stroopwafels tevoorschijn kon komen. Hij lette erg op, deed zijn best, lette op mijn mondbewegingen. Vol vertrouwen ging ie op weg - halverwege was ie het blijkbaar kwijt of raakte het spoor bijster terwijl hij toch als een soort mantra en bijna zintuiglijk de klanken proevend bleef opzeggen, half hardop en luider om zo meer vertrouwen te krijgen.
Onderweg zullen veel passerende mensen naar hem hebben gekeken en zich hebben afgevraagd of deze in zichzelf mompelende en pratende man wel van deze wereld was. Door al het kijken afgeleid kwam hij enigszins verontrustend en opgefokt de avondwinkel binnen, koos een strategische plak uit achter de counter waar meer mensen hun beurt afwachten. Hij speurde onderwijl zijn innerlijk af en concentreerde zich op hoe hij dat lastige woord met de hem vreemde klanken moest  uitspreken. De dame in kwestie was een ras Amsterdamse uit de Kinkerbuurt, no nonsense en niet makkelijk uit het veld te slaan; met vanzelfsprekend gemak bestierde zij de zaak en efficiënt handelde zij zo een 8 tal klanten met patatje oorlog, 2 beugelflesjes Grolsch, een rol koeken en 'doe maar ma die ma'', shag halfzwaar en frikandel met mosterd, pak koffie vacuüm en hebjeookroomboter? en nog meer. De ogen en oren van Paul flitsten heen en weer om zoveel vreemde klanken en gedragswijzen. Hij werd steeds nerveuzer, wipte van 't ene been op 't ander en zoog zijn borstkas vol lucht om klaar te zijn voor als het zijn buurt was. De vrouw van de avondwinkel keek hem schattend lang aan, zei niks, bewoog haar hoofd licht naar boven om aan te geven dat ze wachtte. ze had al gezien hoe Paul enigszins uit de toon stond te staan en te blazen. Het bleef lang stil. Paul bereidde zich voor, rekte het moment om nog even intern in zijn mantra te overleggen en toen de woordklanken uit zijn strottehoofd vertrokken realiseerde hij zich dat het mogelijk wat hard en wat uit de toon was van het normale gespreksvolume.  De vrouw was enigszins wat dichterbij gekomen en boog zich wat over de counter heen omdat ze dacht te maken te hebben met een verlegen jongeman die misschien wel wat stotterde.

SHHSSSSssstttttssssstrrrrLLLLOOOOOOPBPBPBVVVVAAAAFFFFFLLLLL 

rolde het door de lucht en door de spatjes speeksel die meekwamen met de klanken vanwege de wat vreemde en overdreven mondarticulaties deinsde de vrouw naar achteren en was uit het lood geslagen door deze haar onverwachte wending. Zenuwachtig omdat Paul zag dat er wat mis ging, probeerde hij steeds sneller fragmenten van het woord uit om zo te verduidelijken:

st st st st st - rrrrrrrrr rrrroooooo pe pe pe? pe wa wa wa wa? wa waffle waffle waffle? waffle? waffle???

steeds meer vragend, wanhopig, en dat je er waarschijnlijk medelijden mee kreeg.
Ik was er zelf niet bij. Ik heb dit gereconstrueerd aan de hand van zijn onthutste verslag toen hij eindelijk na veel wringen en buigen en met aanwijzen een pakje stroopwafels mee kreeg.  Door zijn bloemrijke vertelling heen bleven we gierend van het lachen over de grond rollen, samen met stukjes uitgeproeste stroopwafel.

de stille getuige

Ik geef les aan jaar 2, en geïnspireerd door hun concepten en uitprobeersels op de vloer voor open dramaturgie theatermaken doe ik een experiment in de les als voeding en omdat ik het ook niet laten kan zelf een 'etude'  te maken. De bewegingslessen zijn feitelijk altijd werk op de vloer en viewpoint opeenstapelen van de beweging in al zijn delen. Ik doe eerst een observatie vanuit lopen naar rennen,
en terug. Hoe kijk ik naar binnen en observeer ik terwijl ik iets doe. Hoe volg je zonder dat je hoofd en het denken het overneemt. Het denken draagt censuur in zich en wil vastzetten, verantwoorden, het lichaam is sneller en weet meer.
De stille getuige dus zonder censuur, maar wel een die richting en noodzaak aangeeft en je in staat stelt te sturen.
Het effect is geweldig: we kunnen als het ware zien hoe de man - vrouw denkt, soms wordt er wat in timing uiteengerekt of wat langer stilgestaan bij een deel beweging in het totaal van het lopen. soms zie je wat nadrukkelijker het gewicht naar voren gaan voordat de armen meekomen, dan zie je een detail van de voet afrolling in detail uitgevoerd.
Kun je observeren zonder in te grijpen? Het observeren is zonder meer verbonden met de handeling die op dat moment plaatsvindt, en zet een spoor uit in een logica van opeenvolgende delen. Ook kan het perspectief van observeren telkens anders plaatsvinden, van onder uit bijvoorbeeld geeft beslist een ander gezichtspunt van dat binnenoog en een ander verloop in de delen van het lopen. De lading of de intentie ofwel de spanning wordt anders in zijn verloop. Het lijkt op schilderen, je zet naar aanleiding van een streep nog een streep en nog een enzovoort, terwijl je je laat leiden en gaat meesturen van binnen uit.
Als ik in jaar 1 doorga ontstaat de etude waarbij er 6 mensen met mobiele camera verschillende delen van het lopen in beweging opnemen.
We zetten de opnamen naast elkaar: 6 mobieltjes die allemaal een ander deel laten zien van de loop. wat een feest.


gerauschmacher

Kraakdozen hadden we. biepjes en blikgeluidjes en krassend glas of plastic en van die snerpend lange uithalen soms. Zo klinkt een kraakdoos! De afbeeldingen laten een afwerking zien die ik me niet herinner, in die eerste dagen waren het allemaal losse draadjes en weerstandjes en een transistortje.
Een sigarendoosje was het met wat weerstandjes van binnen, een speakertje, batterijtjes en elastieken eromheen en  elke aanraking was weer anders. nu kan het high tech en met synthezizer en zelfs electrische sax van alles wat je hart begeert. maar toen was het zintuiglijk en eigenlijk een verlengstuk van je huid of van je oor. Het gebruikte de weerstand van de huid en je lichaam voor de productie van geluid. Truus is de meest bekende artiest uit die tijd die werkte met de kraakdoos. Op haar site kom je een indrukwekkend repertoire tegen. Truus de Groot werkte eerst met de Foolsband, de voorloper van Doe Maar. De kraakdoos is bedacht door Michel Waisvisz en Geert Hamelberg in de jaren 60 en verder ontwikkeld door Waisvisz in de jaren 70, toen hij verbonden was met STEIM in Amsterdam.
Ik weet zeker dat we het weer in ere gaan herstellen die kraakdoos van weleer.

Binauler recording

Net zoals de binauler techniek. Iris van der Ende gebruikt die met haar nieuwste projecten. 'binaural recording'. 'Dat bestaat al sinds 1881, het is 3D geluidservaring', zegt Iris. 'Het grappige is dat toen binaural recording werd uitgevonden, men ook even zulke radio-shows bracht. De show werd over 2 radio-channels uitgezonden en mensen moesten twee radio's hebben en ertussen gaan zitten om het te kunnen horen. Maar dan is het effect ongelofelijk! Want de microfoon vangt het geluid op zoals je oren dat doen: het deel bij je schedel is gedempt, en vangt ook de frequenties op via de bouw van je oorschelp..... 3D geluid raakte uit de mode omdat het te duur was om 2 radio's te hebben. En nu is het weer 'terug' sinds Lou Reed een album met die techniek opnam en sinds de 3D film in de bioscoop kwam.'
De 'gerauschmacher' zorgde voor geluid, geluidseffecten en muziek  tijdens de vertoning van de stille (zonder geluid) zwart wit films (tot de jaren 1930  in filmtheaters). Het is ook onderwerp van de Hauser Orkater productie 'De Gerauschmacher' - 1995 en reprise in 2005. Het vermaarde trio Beppe Costa, Kees van der Vooren en Eddie B. Wahr maakte misschien wel de succesvolste Paradevoorstelling ooit. Onder regie van Leopold Witte vertellen zij het verhaal van twee filmmakers die naarstig op zoek zijn naar een muziekmaker.

Voor Hotel Modern 2013 De baard van God’ werkt componist Arthur Sauer, als Geräuschmacher. Zijn instrumentarium bestaat uit concrete objecten, zelfgemaakte instrumenten en elektronica. In de voorstellingen ben je er getuige van hoe de illusie in beeld en geluid wordt gemaakt, en op het moment dat dat zichtbaar en hoorbaar wordt, is het volkomen geloofwaardig en realistisch. De verbeelding wordt in het moment geschapen. Ook de site is een feest: interactief en helder vanuit verschillende zintuigen tot een wonderlijke wereld gemaakt. (Helaas alleen in flash en dus niet voor ipadders.)

Figner, the eind of a Silent Century vertelt het verhaal van Edgar Figner: al meer dan 30jaar voorziet de Gerauschmacher films in de Lenfilm studio's in St.Petersburg van geluid. gewapend met niet meer dan een koffertje vol alledaagse voorwerpen geeft hij vorm aan de meest uiteenlopende geluiden. Filmaker Nathalie Alonso Casale raakte gefascineerd door deze Rus. In een surrealistische vertelling over de Russische cinema en geschiedenis en de noden van de Russische ziel zien we een reis door het verleden. Samen met zijn zoon, Sergei, zien we hem aan het werk. Ze rennen en sluipen terwijl ze zich niet verplaatsen, ze lopen op gebroken glas. Het geluid van een gebroken nek wordt gemaakt door een handvol koolbladeren kapot te wringen.

Het geluid van sterren - Hier hoor je een fragment van de performance .

Iris van der Ende is harpspeler en theatermaker en speler. Haar eerste project 'Stellar Sound Show' (onder meer op Oerol 2012) was indrukwekkend. In een weiland lagen 100 mensen midden in het donkere en dronken nachtlicht, Met laserlicht en vertelling en met een compositie van het geluid van de sterren werd je in een geluidsdeken van oneindige tijd gehuld. Iris Van der Ende werd gedreven door pure nieuwsgierigheid naar het geheim van het geluid van sterren. Ze ging daarvoor op bezoek bij de Hongaarse asteroseismoloog Zoltân Kolláth. De opnamen die ze met hem maakte, klinken ook over het veld. Kolláth heeft het licht van de sterren omgezet in geluid en door dat miljoenen keren te versnellen wordt een sonoor kosmisch gekraak hoorbaar. Het geluid van de ster AC uit het sterrenbeeld Hercules en R-Scuti uit het sterrenbeeld schild.  Stellar Sound Show is beschreven en gepubliceerd: boekrelease.
Voor het opruimen rij ik met mijn dan net nieuwe dodge ramvan het weiland in, laat alle deuren openstaan en met lichten aan want het is aardedonker. Past het erin? we weten het niet, het zal misschien net gaan lukken door de enorme imperial kunnen we ook boven op de wagen stapelen. Het bushokje van perspex glas waarin Iris speelde op de harp, past op de cm in de achterbak. Dan floepen alle lichten uit. wat gebeurt er? Ik ken de wagen amper want net nieuw, en ongerust draai ik op de tast struikelend naar binnen aan knoppen en dan ook de sleutel opnieuw. Gelukkig licht! De sterren lachen. Ik ook, opgelucht want anwb op zo een locatie? De lichten doven automatisch na enkele minuten. Nooit had ik zo een nieuwe wagen. De andere dodge ram van bracht ik daarvoor met kruskas verbuiging onder begeleiding van 4 fietsende gemeentepolitie Arnhem naar de sloop. Hij maakte een geweldige herrie en kreeg zo na jaren van dienst en heel veel km. een passende uittocht.

dichtbij en veraf


Haar nieuwe productie Verte (premiere jan.2015)komt nogmaals terug in de zomer bij de Parade. Dit zeggen de theatermakers: 'Overal waar we zijn kunnen we contact maken met iemand die er lijfelijk niet is en dat contact voelt echt en wezenlijk. Terwijl er onderweg van hier naar daar, van alles gebeurt met iemands stem, woorden, met iemands bedoeling. Theatermakers Iris van den Ende en Bart van de Woestijne vroegen zich af hoe je de ander nu eigenlijk echt beleeft vanuit de verte. Verte is een theatraal onderzoek over wat er buiten beeld valt, wat niet binnen komt. Een voorstelling over de haperende mens en haperende technologie'.

1 moment

Iris deed een paar producties mee bij WalkingFaces.nl.  In Een Moment is haar stem te horen. In 'Het uitgesteld verlangen' horen we haar harpspel, samen met Tis Marang contrabas en Maaike Toirkens cello.
Cast Glass is haar eerste cd release. Hier kun je van de muziekvideo een indruk krijgen.




 

zondag 3 mei 2015

dit is een toevallige samenloop van omstandigheden

Van het een komt 't ander als 't ware. Actie en Reactie. Oorzaak en Gevolg. Een scharnierpunt, een momentum. Een kantelogenblik, een tijdgewricht, een kritieke massa.

 
Ik loop s'ochtends vroeg de deur uit en de straat op en omdat ik enigszins laat bent blijf ik met mijn - nu sneller dan gewoonlijk - aangeschoten lange overjas achter de splinter van de houten lambrisering hangen en daarmee komt de jaszak in de knel en scheurt licht open en laat daardoor de autosleutel naar buiten toe glippen. Op het moment dat ik werktuiglijk mijn hand in de zak de autosleutel wil pakken en misgrijp omdat deze binnen is gebleven door de opengescheurde jaszak en het verhaaste vertrek, besef ik dit gemerkt te hebben, en draai al om nog voordat de hand weer uit de zak is gekomen. Mijn voet komt op een achtergebleven honduitwerpsel op de rand van boomspiegel en glijdt weg, mijn hand is blijven hangen en kan niet opvangen en zo lig ik even later onhandig met over elkaar heen beknelde benen half over een tuinhekje de opgebloeide tulpen te bewonderen en zegt buurman Mark die sedert kortgeleden heel kwiek vroeg ook de deur uitkomt vanwege zijn nieuwe docentenjob als ICT'er, hé, een nieuwe mime-voorstelling? De inspiratie ligt op straat, dat is duidelijk.

Ik geef die dag les aan jaar 2 en aan jaar 1. We doen onder meer een improvisatie over tijd en ruimte. We trainen een aantal zaken eerst. Zonder vooropgezette verbinding zijn voor het publiek de verschillende handelingen in de ruimte verbonden en lijken ze op elkaar afgestemd. De handelingen worden vanuit een eigen motorisch moment - impuls op een gekozen plek vergroot en verkleind zodat je de weg kent met je en in je fysiek (het instrument). Daarna worden er verschillende spelers tegelijk op de vloer aan het werk gezet. Steeds vallen momenten samen en lijken ze soms synchroon te lopen en met elkaar verbonden of reagerend.  In de middag zijn er volop makende en repeterende studenten die naar aanleiding van een concept theater-etudes ambachtelijk vorm geven. We gaan er als begeleiders in en uit, ruiken even en geven terug. Op mijn scherm schiet er nog een bericht van Nick Steur voorbij. Ik ga het net halen en loop de benen uit mijn lijf.

The Big Mo zeg je in Amerika. In de mechanica is momentum een synoniem voor impuls, een grootheid van massa en snelheid. In overdrachtelijke zin geven we er een uniek omslagmoment mee aan.
De 'kritieke massa' kan wel de hoeveelheid 'chance' (toeval) zijn of de gezamenlijke inademing van kijkers en performers, of de energie van de verhuizers door het extra ontbijt dat ze van de opdrachtgever kregen voordat de piano uit het raam werd getild.
Het kantelpunt is een (symbolische of mechanische) drempel, een gewichtige kwestie of een gewichtskwestie waar het tijdgewricht mee belast wordt en 'out of joint' schiet. een kortstondige verstoring van een dynamisch evenwicht, een 
motorisch ogenblik is vanuit de dramaturgie de aanzet voor de gebeurtenis die het verhaal echt ‘op gang brengt’.
het tijdgewricht is een tijdvak, een stadium, waarbij er eigenlijk sprake is van meervoud om de tijd in 2 vakken wordt onderscheiden en verbonden.  

'A Piece Of Time'

Nick Steur worstelt als elke kunstenaar 
met ruimte en tijd: de puzzelstukjes passen niet en juist het niet passen en het er niet uitkomen is aantrekkelijk voor de toeschouwer. Het laat een menselijk dilemma zien in zijn eenvoud: mijn logica moet zich met de werkelijkheid om me heen behelpen, dat is te zeggen: de werkelijkheid zelf gedraagt zich arrogant en eigenzinnig en nooit wil het eens echt passen in de logica om je heen. In Freeze - 13 en 14 mei in Parijs - bouwt hij met een betoverende intensiteit stenen en in 'A Piece Of Time' probeert hij met hulp van het aanwezige publiek zoveel mogelijk  van de opgestelde mechanische metronomen synchroon te laten lopen en maakt zo een collectieve tijdservaring en verstilde muziek van aandacht en tikjes van geluid.
Vorig jaar was hij daarmee bezig en hadden we enkele malen email contact en wees ik hem op Ligeti 'Poem Symfonique for 100 metronomes'  - 1962. In de mime-danswereld is het met kraakdozen en metronomen druk geweest in de jaren 60 en 70. De geluidsfascinatie en de stop motion was hot, John Cage en Cunningham hebben die toon gezet. Cunningham construeerde als eerste dans vanuit een open dramaturgie en liet 'het toeval' ofwel de I Tjing beslissen welke volgorde de dans-etudes werden gespeeld. Ik speelde veel in Het Veem met onder meer Michael Vatcher (nu 'available jelly' en the 'river') en George Bretz, die in zeer eigen installaties de tijd en de structuur aangaven voor de bewegingsverbeelding.



Tijdgewricht: elke keer bij Man Bijt Hond een gedicht voorgedragen door onbekende Nederlander van een bekende dichter. Tijdgewricht is van Jules Deelder.
Bankjescollectief: elk 1e zondag van de maand  presenteren bankjes zich met een maaltijd, een theatervoorstelling, een dansje, een zitgedicht en wordt de dag een groot openlucht- café van ontmoeting.
Zitbankgedicht: New York metro bank van Hieke Aardema: ik ga binnenkort dichtend dansen daar in de hal aan de Ferdinand Bolstraat VVE Marie Heinekenplein of in de Local Goods Store van Pakhuis de Zwijger - De Hallen Amsterdam.
bizarre  samenloop van omstandigheden (filmpje van Joost Reijmers)
Poëzie eenvoudig  gebeiteld in Arduin op een zitbank aan de oever van de Leie


choreografie van tijd en ruimte:

Ik zit op het puntje van mijn stoel en kijk gefascineerd naar Richard Alston terwijl hij bij ons op bezoek in Amsterdam (lange tijd geleden), aan de keukentafel uitlegt hoe zijn choreografie Double Works in elkaar zit. Hij kijkt me aan terwijl zijn handen onafhankelijk een spel uitvoeren met de ontbijtspullen op de tafel. er ontstaat een mise-en-scene in beweging en geluid met pindakaas, bestek, een klein bord en stukjes boterham, kopjes en theelepeltjes. 
Mijn zoon Twirre heeft binnenpretjes en voert  dit tegelijk met eigen onnavolgbare logica door en plaatst de voorwerpen zo op de randen van de tafel dat ze er bijna afvallen. Een sterke onderstreping van een woord in de uitleg met de hand op tafel laat het kantel moment ontstaan en kopje en de eierdopjes vallen naar de grond,  waar ik dan net op tijd het glas behoedt voor scherven. Mijn zoon grinnikt en wij verbazen ons over het moment. Het actie reactie moment is een sequence van beweging met een prachtige dynamiek en verbeeld een dans. In het filmpje 'Der Lauf Der Dinge' zie je dit op een geweldige manier ook verbeeld als beeldende kunst. Der Lauf der Dinge is een art-film van het Zwitserse kunstenaarsduo Peter Fischli en David Weiss uit 1988.

tijdgewricht - wat een prachtig woord en het scharniert ook nog!

Uurtje Oost zegt het poëtisch:  '‘Time is out of joint’ sprak Shakespeare’s Hamlet en niets is minder waar voor het scharnierpunt in de geschiedenis waarin we nu leven. Oude systemen falen en nieuwe systemen zijn nog niet gerealiseerd. Kunstenaars kunnen en willen hierin een belangrijke rol spelen, om vergezichten en nieuwe wereldbeelden te scheppen.'
'time is out of joint" spreekt mooi vanuit het Engels: het gewricht van de tijd, de tijd wordt uit zijn kom getrokken,  maar op zijn Nederlands vind ik  'tijdgewricht'  een prachtig woord. En het scharniert ook nog! 2 momenten die met een scharniertje vastzitten en een deur kunnen openen. Of zou het scharnieren ook anders kunnen werken? zoals een keuken kast met een dode hoek onder het aanrecht waar je dan zo een draaitafel in kunt zetten zodat de kast als het ware binnenste buiten keert. Daar ga ik verder over doordenken.

Choreograaf Jasper van Luijk en performer / beeldend kunstenaar Nick Steur. Uitvoerende danser Jefta Tanate.

In het aangezicht van de zwellende tijd en kruiend flikkerlicht  zochten zij naar een evenwicht:  het minnedicht in beeld en beweging had een droomgezicht.
Uurtje Oost begon wat laat. Ik was blij Nick weer even te kunnen zien. Nick heeft performance opleiding gedaan in Maastricht en was daarvoor bij WalkingFaces.nl te zien: TalkingManTalkingWoman - 2007

1 woord:

Als je kijkt op de site walkingfaces.nl, zie je bij talkingMantalkingWoman   de op elkaar in tijd versmolten beelden 8 afzonderlijke beelden van t shirt teksten en locatie performances. Het gedicht in talkingMantalkingWoman gaat ook over tijd, over wanneer. Tekst van Anouk Saleming:

wanneer is een woord teveel wanneer wordt metaal moe wanneer slaat een hart voor het laatst wanneer ben je oud wanneer is een draad versleten wanneer breekt een ketting wanneer slaat twijfel toe wanneer wordt een haar grijs wanneer rolt een eerste traan wanneer knapt een ader wanneer is een liefde voorbij wanneer barst een steen wanneer valt de eerste regendruppel



de ruimte die opent door tijd en licht

De rollen witte theatertape hangen aan het grid van het plafond in een vierkant naar beneden. Op de achterwand is als een lamellen muur eveneens witte theatertape in strepen van plafond naar zwarte vloer in een rij naast elkaar aangebracht. De danser Janna is naakt. Hij danst-verplaatst zeer precies en intens op een enigszins diagonale lijn naar achter. Het licht werpt een prachtig schaduwbeeld op muur en lamellen. Langzaam dalen de rollen theatertape naar beneden, iedere rol met een eigen snelheid. Het stroboscoop licht versterkt dit effect van tijd en ruimte, van stop motion, van momenten die voorbijgaan, van momenten die je mist. In het laatste deel brengt Nick een kleine zaklantaarn in de hand op de vloer en wordt de rest van het licht weggelaten. De schaduwbeelden worden nu intenser en als het licht met hem traag lopend achter de lamellen verschijnt, worden er meer ruimten 'geopend'. Janna versnelt in een draaiende beweging - door de herhaling is het bijna een Soefi dans - en wordt nog meer nadruk gelegd op het moment en de zich rekkende tijd.
Juist op het 'kantelmoment' van half hurkend, half staand werkt die draaiende beweging zeer intens en wonderlijk poëtisch. De choreografie is beslist indrukwekkend, ook de beeldende installatie. De dans is ongekend precies, ingehouden en technisch hoogstaand. Ik mis de adem.
Het blijft daar door nog een vormexperiment: Ik mis letterlijk de adem - de danser blijft ondanks de intensiteit op afstand. Wanneer Nick het zaklantaarnlichtje op draagt is hij performer maar dat zien we niet terug in zijn aanwezigheid. De tegenstelling tussen het zwarte en het lichte deel (omdat hij zich achter het licht bevindt) is een mooi beeld, zijn beweging, verplaatsing moet  onderdeel van zijn van de uitvoering.

foto van Menno van der Meulen



Langdurigste kunstwerk

Willem Jan Otten - zeer gewaardeerd proza schrijver (prijs PC Hooft 2014-ik lees hem al lang en graag) beschouwt in jan 2015 Volkskrant 'Poetry' van Lee Chang-dong in de serie vijf onvergetelijke films. 'Het grootste meest uitgebreide en sowieso langdurigste kunstwerk dat de westerse cultuur heeft voortgebracht is het Kerkelijk jaar. Het is en oneindig gedicht waarvan per mis of dienst een strofe wordt voorgelezen. Of: 1 drama dat in afleveringen voltrokken wordt - zeg maar de oer vorm van de televisieserie. Met op zondag naast alle dagen een soort extra opgetuigde aflevering , 'Hoogmis' genaamd.'
Over tijd gesproken. 'De dag dat vasten begint heet Aswoensdag en is als een tijd binnen een tijd.' Zes weken lang vasten! Dit is pas inleving en ervaringstheater. De zuiverende werking is des theater. 'Een gedicht is een kleine religie. Een religie een grote.' zegt Les Murray volgens W.J.Otten.

vrijdag 1 mei 2015

silhouetten tegen het licht

Daar is ie dan: de film Silhouetten tegen het licht. Premiere in de Dikke Toren te Zierikzee j.l. 17 april 2015. 3 jaar geleden wisten we dat daar op de muur de film vertoond ging worden. er zijn ruim 50 duizend bezoekers elke zomer.


surrealistisch

De film heeft een zeer speciale stijl: magisch realistisch of surrealistisch zoals Margritte, maar dan toch ook met een zekere Tati inslag. De film neigt naar autonome beelden en situaties die op zichzelf staan en waar de dingen verwondering oproepen, een eerste ontdekking, het verdwalen en het zoeken tegelijk. De man (Corneliu Ganea) is duidelijk verdwaald. Hij bevindt zich in situaties met mensen en omgeving die hem leiden en een andere blik geven door het lijnenspel, de schaduw en zijn droom over een vrouw.

Door de film heen speelt een kleine verhaallijn: is hij nu gestrand met de auto, met zijn leven, vraagt hij zichzelf af wat hij met zichzelf aanmoet? De werkelijkheid lijkt zich steeds te vertekenen en hij laat zich leiden door zijn verbeelding: we zien door zijn ogen. Je moet ook enigszins denken aan de klassieke mythe van Orpheus en Eurodice door de sterke beelden van schaduwen en het terugverlangen. Je hebt geen verhaal nodig: het zijn de beelden, de lijnen en de dynamiek ervan die op zichzelf een verhaal vertellen. 'Silhouetten tegen het licht' is een kunst - mime-dans film, waarin het spel teruggebracht is tot zijn eenvoud en zijn eigen lading. Als in een open dramaturgie maakt de kijker zijn eigen verhaal.                                                                             
De meest toegankelijke is het verhalende. De kijker is gewend vanuit een verhalende codering te kijken.  Deze film heeft geen dragende plot of herkenbaar vertelgegeven, maar je voelt je er zeer mee verbonden door het zintuiglijke en tastbare.  Er wordt een wereld gecreëerd tussen droom en werkelijkheid waarin meer dan een verhaal wordt verteld. Het laat de schoonheid zien van het lijnenspel in een landschap, het laat de verwondering en het verdwalen zien: iedere kijker kan zijn eigen droom maken. Voor mij is de essentie van mime-dans het verdwalen en de verwondering. Door zo nauw met Eef te werken kon ik mijn fascinatie met haar delen en bijdragen aan een film die een andere kijk geeft.
Corneliu Ganea is een geweldige danser om mee te werken. Hij voelde vaak precies aan waar de essentie van het spel of de beweging lag: geen aankleding met esthetiek en vorm, maar het zijn-  het één zijn - met de plek en met de ontdekking van het moment. Het intrinsieke in het aanwezig zijn, met een zekere spanning zonder dat meteen de uiterlijke vorm er op wordt uitgelegd.

De film beweegt in zijn kaders als geënsceneerde fotografie. De nauwkeurigheid en de precisie spreken met intensiteit. We zien niet alleen een man die stilstaat en kijkt; we zien de intensiteit van het staan en de details (de wind beweegt zijn broekpijp). Het lijkt alsof hij trilt, alsof zijn staan en kijken een gedicht is. mede door de omgeving en horizon, het licht en de lijnen, de zindering van de lucht.  In totaal duurt de film een klein half uur, naar het eind toe zien we meer mensen, meer kleur en nemen de beelden in vrolijkheid en dynamiek toe, de man danst meer en meer. Met de fanfare op de dijk komt hij weer terug bij de zee en bij zijn uitgangspunt en verdwijnt. Het is een zich herhalende cyclus. De film wordt als in een loop continue vervolgd en het publiek die de toren bezoekt kan zelf bepalen wanneer zij niet meer kijkt. In die zin is dit ook een experimentele film installatie te noemen. 'Silhouetten tegen het licht' is een ode aan het landschap van Schouwen Duivenland. Het is een gedicht. De muzikaliteit van de beelden is het metrum van het landschap en de verwondering. De hier opgenomen storyboard afbeeldingen zijn van de hand van Eef de Graaf en Kianoosh Gerami. De foto's zijn door mij genomen tijdens de opnamen.


De schaduw die ons achtervolgt. 

Het zonlicht duwt zijn silhouet vooruit
Dit ben ik denkt hij-
De vorm van het gezicht, de kromming van de neus en hoe het over zijn kin verder loopt.
Dit ben ik.
Maar waar gaat hij heen.
Op zoek naar de verte en naar het licht -
Hij ziet niet waar naar toe en zijn handen zijn zijn ogen.
Weerkaats het licht op zijn huid.
Tintelt het op zijn hoofd en zingt het van binnen. Buiten is het stil en stil staat hij op de dijk. Voorover gebogen in de wind. Waait het zand, kringelt het water, zucht de lucht.
                                                                                           rennen de mensen, hij kijkt en hoort de stappen, hij draait en loopt en danst op de dijk.



De beweging zit overal. Niet alleen binnen de scenes maar ook in het geluid, en in de filmmanier.

 In verschillende scenes denken we in beweging, denk we in choreografie van lijnen en ritme. Het is een constructie  die zich steeds verder uitvouwt. Als een kaartenhuis, een logica die je kunt volgen in het innerlijke zoeken van de man.
 
De Brouwers-dam en Schouwen Duivenland laten zien dat het landschap in beweging  en veranderlijk is, van wolken, dijk, ribbelingen in het zand tot de akkers en wegen, het licht. Dat de mens daartussen is en zich verplaatst tussen al die veranderende lijnen. Het lijkt  een dans voorovergebogen tegen de elementen, erop ingaand en met de omgeving versmeltend. Het zintuiglijke zoeken weerspiegelt zich in het landschap. Als een surrealistische droom wordt het zichtbaar in lijnen en contouren.


Opening 17 april

Eef de Graaf heeft het woord: ze schets de lange weg, de aanloop en het proces van maken tot het eindresultaat nu. Ongelooflijke volharding. Tegen alle bezuiniging en weinig overheids steun in.  We hebben met een eigen crowdfunding de laatste ondersteuning kunnen financieren. Alle uren zo goed als onbetaald. 
Na de lovende woorden van de wethoudster, ga ik iets zeggen. Eef vroeg me de avond ervoor iets vanuit de kunst te zeggen. Aangekomen begreep ik ook dat er wat tijd gerekt moest worden omdat de zon iets later daalde en anders het licht van de film wegnam bij te vroeg starten. We staan met 100 man of meer dicht tegen elkaar aan in de beperkte ruimte van de (officiële naam) Sint Lievenmonstertoren op het Kerkplein. Het toilet bevindt zich op loopafstand in het Fizi filmhuis gebouw. Er staat een gure wind, de terrasbranders zorgen gelukkig voor enige opwarming.

met de geur van klei

17 april - Op weg naar Zierikzee: vooral het laatste jaar waarin de opnamen plaatsvonden ben ik elke keer 2uur en 15min. onderweg van Arnhem naar Schouwen Duivenland, en ook terug.
Als je Zeeland binnenrijdt, mag er 80 km per uur op de provinciale weg.
Nu ik deze keer erheen rijd en mijn vrouw naast mij in slaap sukkelt, verrast mij net als elke keer ervoor, opnieuw de wonderlijke lijnen, het licht en de zon.
De lange rit geeft me de gelegenheid enkele woorden voor te bereiden in mijn hoofd.
Ik spreek ze bij de opening voor de eerste keer uit:

De vloer is je landschap. Dat zegt en leert de dans ons.
Die vloer is voor de film en voor ons makers het landschap van Schouwen Duivenland geworden.

Met het speelse en dwingende oog van Eef,
met de kaders van Rieks,
met de oren van Roger
met het lijf en de lichte tred van Corneliu
met het krullende haar van Maja
met het potlood van Kianoosh
met alle helpende en dragende handen
en met mijn choreografie

Met de geur van de klei
met de kleur van het water
met de stem van het licht

werd de film voor ons voor mij een dansend gedicht
Alsof je met een guts - met een beitel een 3 d tekening maakt in het landschap, in de ruimte
zo wordt  het hart van Schouwen Duivenland in de film als een ets.

Kunst is pas kunst als er een lijstje omheen wordt gezet

Dat is prikkelend bedoeld en gaat over de een manier van kijken, het perspectief
Ik ga nu iets uittrekken zeg ik dan, en doe vervolgens een dansje...

Het beeld van de film staat al op de muur van de toren boven onze hoofden en ik sta midden in de opgestelde instrumenten op de vloer voor de live uitvoering bij de film. De muur geeft een extra dimensie, geen filmscherm - nee de muur speelt mee met al zijn oneffenheden. 
Ik moet aan de 'gerauschmacher' denken als ik zoveel mij onbekende materialen en objecten op de grond zie liggen. 
De 'gerauschmacher' zorgde voor geluid, geluidseffecten en muziek  tijdens de vertoning van de stille (zonder geluid) zwart wit films (tot de jaren 1930  in filmtheaters). Voor de eerste vertoning is hier  de muziek ook afzonderlijk van de filmbeelden. Dat geeft een aparte sensatie. Filmbeelden en geluid neem je afzonderlijk waar en meng je zelf. De groep heet YUTAKA van Rob Maaskant, Ingeborg Cneut, Onno van Tongeren: zij bespelen instrumenten uit alle delen van de wereld: gamelan, percussieschalen (Pjingels), Afrikaanse speetdrums (kirins), anklungs (Indonesische bamboeschudders) basdrum (doun-doun) balafon (waterdrums), guzheng (chinese harp) viool, trompetviool, cello, contrabas, lier, Udu (vaasdrums) en meer. Maja Jawor, helaas verhinderd door flinke griep en keelontsteking.   Wanneer je Zierikzee en Schouwen Duivenland deze zomer bezoekt: de film is te zien in De Dikke Toren, en anders is de dvd film met muziek te koop bij Stichting View:  info@stichtingview.nl  of een mail aan de blogger. Met Ruud Monster (nu als producer) maakte ik eerder films als 'De Passant'(1985), 'De Woede in de kop van de doelman'(1985) e.a.